Het
verbranden van afval is een verbijgestreefde
afvalverwijderingstechniek én een techniek waarvan
wetenschappelijk bewezen is dat ze ernstige gezondheidsschade
veroorzaakt bij mensen.
In
weerwil van deze wetenschap tracht de overheid nog steeds
afvalverbrandingsovens te bouwen in Vlaanderen. De laatste
jaren kregen diverse nieuwe (en bestaande) projecten voor de
bouw van afvalverbrandingsovens in vlaanderen geen groen licht.
Zo
werd het project van de nieuwe FABRICOM afvalverbrandingsoven in
de Gentse kanaalzone (cap. 120.000 ton) in 2001 door minister
Vera Dua verworpen. Ook de nieuw geplande
ziekenhuisafvalverbrandingsoven te Tienen werd door minister Vera
Dua verworpen in November 2001. Even daarvoor werd de oude
ziekenhuisafvalverbrandingsoven aldaar gesloten (29 september
2000). Het project voor de bouw van de nieuwe
afvalverbrandingsoven te Drogenbos (cap. 200.000 ton) werd begin
dit jaar stopgezet als gevolg van een procedureslag voor de Raad
van State die door de buurtbewoners gewonnen werd. Eind
december 2002 gaat de afvalverbrandingsoven van MIWA te
Sint-Niklaas (cap 55.000 ton) dicht als gevolg van een uitspraak
van het Hof van Beroep te Gent, ingeleid door de buurtbewoners.
En nu volgt ook het advies van de auditeur van de Raad van State
om de milieuvergunning te schorsen voor de nieuw te bouwen INDAVER
afvalverbrandingsoven.
In
de nieuw te bouwen INDAVER wervelbedoven te Beveren zullen
voornamelijk slib en hoog calorisch afval verbrand worden.
Deze
nieuwe oven wordt gebouwd ter uitvoering van
- ontwerp
uitvoeringsplan slib 2001
- ontwerp uitvoeringsplan huishoudelijke afvalstoffen
2003-2007
- ontwerp
uitvoeringsplan hoog calorisch afval
Geen
enkele van deze plannen is
momenteel definitief goedgekeurd en in uitvoering.
Het openbaar onderzoek van het uitvoeringsplan huishoudelijke
afvalstoffen is onlangs afgerond én het openbaar onderzoek
voor het uitvoeringsplan hoog calorisch afval is pas voor 2003
voorzien.
De
nieuwe wervelbedoven werd reeds door de bestendige deputatie van
de provincie Oost-Vlaanderen op 23 augustus 2001 vergund.
Dus vóór de diverse plannen ter uitvoering worden goedgekeurd.
Het lijkt er op dat de diverse plannen geschreven zijn op
maat van de nieuw te bouwen INDAVER wervelbedoven.
Een
goed afvalbeleid houdt in dat er enkel afval overblijft, ná
gebruik van de geproduceerde goederen en productieprocessen, dat
kan hergebruikt worden of natuurlijk
kan afgebroken worden zonder enige vorm van schade
toe te brengen aan het ecosysteem. Dit afvalbeleid is
het enig mogelijke beleid dat past in een duurzame ontwikkeling.
Stortplaatsen
én afvalverbrandingsovens passen totaal niet in een duurzaam
ontwikkelingsbeleid omdat :
-
het momenteel wetenschappelijk bewezen en aanvaard is dat
stortplaatsen én
ook
nieuwe afvalverbrandingsovens het ecosysteem aantasten en
gezondheidsschade veroorzaken bij mens en dier.
-
waardevolle grondstoffen op deze wijze verloren gaan
-
dit het bewijs levert van inefficiëntie door het éénmalig
gebruik van grondstoffen en
dat hierdoor veel geld verloren gaat.
Een
duurzaam afvalbeleid zal dan ook een totaal concept moeten
omvatten dat aanvangt bij de voorbereidingsfase van de
productie van goederen en productieprocessen en eindigt bij
hergebruik of bij biologische afbraakprocessen (al of niet na
behandeling) die het ecosysteem niet schaden. Op deze wijze
blijft er geen echt afval meer over dat moet gestort of verbrand
worden en verkrijgt men een grotere economische efficiëntie.
Indien men de verwijderingskosten voor de producten mee in
rekening brengt zal de consument uiteindelijk minder moeten
betalen voor zijn producten.
In
het huishoudelijk afvalstoffenplan (2003-2007)
dient het globale productiesysteem herbekeken te worden :
-
de ontwikkeling van producten en processen
-
het productie proces
-
hoe producten en materialen, eens gebruikt, kunnen terugkeren
naar het productiecircuit.
-
het elimineren van toxische grondstoffen die na gebruik niet
veilig kunnen verwijderd worden of op een onveilige manier
terugkeren naar het productieproces
Het
doel van het huishoudelijke afvalstoffenplan zou moeten bestaan
uit het nastreven van een 100% efficiënte grondstoffen economie.
Een economie die op de zelfde principes gebaseerd is als de
natuur. De natuur heeft deze efficiëntie reeds miljoenen jaren
succesvol bewezen.
Dit
plan zal voor de consument veel goedkoper zijn door de bestrijding
van de grondstoffenverspilling én door het ontbreken van dure
afvalverwijderingstechnieken zoals afvalverbrandingsovens.
De
cijfers in het afvalstoffenplan tonen duidelijk aan dat
afvalpreventie en recyclage de productie van afval niet doen
verminderen. De afvalproductie is de laatste jaren nog toegenomen.
In
het afvalstoffenplan wordt ook niet nagegaan wat er met het
gescheiden afval gebeurt.
Men veronderstelt dat het
gescheiden (gerecycleerd) afval globaal hergebruikt wordt, maar
dit beeld beantwoordt niet aan de werkelijkheid. Een deel van dit
afval (welk deel weten we niet) wordt gestort en/of verbrand in
afvalverbrandingsovens.
Het
voorliggende afvalstoffenplan begint slechts, ná de productie,
nl. bij de preventie door de consumenten. Hierdoor kunnen heel wat
producten niet verwijderd worden zonder dat er schade toegebracht
wordt aan het ecosysteem. Dit is duidelijk een gemiste kans daar
een duurzaam afvalbeleid moet beginnen bij de planning van de
productie.
Het
is onbegrijpelijk dat, rekening houdend met de beschikbare know
how van de 21ste eeuw én rekening houdend met de nefaste gevolgen
van stortplaatsen en afvalverbrandingsovens, er nog een
huishoudelijk afvalplan gemaakt
wordt dat voorziet in storten en verbranden van afval.
Het
huidige afvalstoffenplan is de voortzetting van een
voorbijgestreefde zienswijze op afvalverwijdering.
Wij
vragen de totale herziening van het huishoudelijk afvalstoffenplan
op basis van de hiervoor opgesomde principes.
Een
herziening waarbij storten en/of verbranden niet langer
thuishoren.
Een
herziening waarbij het ecosysteem niet langer aangetast wordt, de
gezondheid van mens en dier inbegrepen.
Wij
vragen dat de overheid de producenten duidelijk informeert over de
economische rendabiliteit van een duurzaam afvalstoffenbeleid en
hoe zij hieraan kunnen meewerken.
Wij
vragen een verbod van producten en productieprocessen waarvan het
afval niet kan verwijderd worden zonder het ecosysteem te
beschadigen.
Meer
over Indaver
Werkgroep
Milieu en Gezondheid Sint-Niklaas